Genoeg pluspunten ondanks verlies in warm-up wedstrijden

EERSTE OEFENWEDSTRIJD

Nederland won de toss en ging fielden. Oranje, dat startte met de seamers Klaassen en De Leede, hield Nieuw-Zeeland redelijk in bedwang en nam geregeld wickets, getuige (bijvoorbeeld) de tussenstand 92/4 in de 21^e. Captain Seelaar zette veel bowlers in betrekkelijk korte spells; alleen Van Beek en Seelaar zelf werden gespaard. Spinners Boissevain en Dutt waren het zuinigst; drie seamers het meest effectief (Klaassen drie wickets, De Leede en Glover ieder twee).

Aan de kant van de Kiwi’s maakte lefthander Michael Bracewell (van de bekende cricketfamilie) een prachtige (hoewel niet kansloze) 127* uit 108 ballen met 14x4 en 2x6. NZ eindigde op 280/8/50.

Het zal bondscoach Campbell goed hebben gedaan dat zijn jonge early order batsmen Vikram Singh (45) en Bas de Leede (47 not out) prima innings speelden. Het werd steeds donkerder en regenachtiger. Toen het spel werd stilgelegd en Nederland op 117/4/29.1 stond, bleek Nieuw-Zeeland een DL-surplus van 42 runs te hebben.

TWEEDE OEFENWEDSTRIJD

In de tweede wedstrijd was een toss niet nodig omdat beide teams het erover eens waren dat Nederland als eerste zou batten. O’Dowd en Edwards konden (na het vertrek van Vikram Singh) niet makkelijk uit de voeten op de gedisciplineerde aanval, behoudens een geweldige straight drive en een dito pullshot van O’Dowd (30), die kort daarna echter door offspinner Bracewell werd gecleand.

Waar de 24-jarige seamer Ben Sears nogal legside-ish was, was zijn collega Angus McKenzie dodelijk effectief. Na het voortijdige vertrek van Edwards, Seelaar en Gorlee (alle drie caught behind) maakten De Leede (72) en Logan van Beek (37) een partnership van 86 runs voor het zesde wicket. Dankzij dat partnership werd 214/9/50 aangetikt.

Met gedisciplineerd bowlen zag Nederland kans zes wickets te nemen alvorens Nieuw-Zeeland de winnende 215^e run sloeg in de 43^e over. Bracewell, de centurion van de eerste wedstrijd, werd wederom topscorer met een vrijwel vlekkeloze 81.

Het derde oefenduel op 21 maart verregende geheel.

Captain Pieter Seelaar: “Positief is het feit dat we twee wedstrijden hebben kunnen spelen tegen goede tegenstanders. We hebben ‘overs in de benen’ en vooral Bas de Leede en Vikramit Singh hebben goede tijd in het midden gespendeerd met het bat. Ook positief is dat we als bowlinggroep over de twee wedstrijden een hoop kansen hebben gecreëerd. We hebben 15 wickets gepakt en met een beetje meer geluk hadden dat er 20 kunnen zijn.”

Ook bondscoach Ryan Campbell zag veel pluspunten: “Ik zag veel goeds in de warm-up games, vooral de vorm van Bas de Leede en Vikramjit Singh met het bat. Maar we zagen ook de dreiging die Michael Bracewell zal vormen namens de Blackcaps. We speelden nog niet ons beste cricket, maar het was belangrijk voor ons om te wennen aan de omstandigheden.”

Over Seelaar en Van Beek die niet bowlden in de eerste wedstrijd: “Met een lange serie voor de boeg is het belangrijk dat we de workload van onze bowlers in de gaten houden. Dat was reden waarom Pieter en Logan in de eerste wedstrijd niet bowlden. We zijn heel voorzichtig met onze bowlers en houden hen gedurende de hele Series in de gaten.”

Over de teruggekeerde vorm van Bas de Leede: “Bas is een van onze jonge sterren. Zoals de meeste jonge spelers is hij nog steeds zoekende, maar door hard werken komt hij waar hij wil zijn. Begrijp me niet verkeerd, hij heeft nog een lange weg te gaan, maar de snellere wickets hier in Nieuw-Zeeland passen bij zijn spel en ik kijk ernaar uit om te zien wat hij kan doen tegen tegenstanders van dit hoge niveau.”

Over Pieter Seelaars rugproblemen: “Pieter weet als geen ander waar hij staat en werkt keihard om de lat hoger te leggen. Helaas kampt hij met een rugblessure die ervoor zorgt dat hij minder tijd in de kooien kan doorbrengen. Ik heb er het volste vertrouwen in dat hij zijn vorm zal hervinden en dit team zal leiden op de briljante manier waarop hij dat altijd heeft gedaan.”

Over blessures: “We hebben een aantal blessures gehad waardoor we niet konde kiezen uit een volledige selectie. Stephan Myburgh liep op de eerste trainingsdag een kuitblessure op, Philippe Boissevain heeft een blessure aan zijn bowlinghand en Michael Rippon zal de dag voor de T20I aan het team worden toegevoegd. We hopen alle spelers klaar te hebben om voor de eerste ODI te gaan.”

Over de rol van Brandon Glover: “De taak van Brandon is heel duidelijk en dat is hard bowlen. Zijn extra pace zorgt voor afwisseling in onze aanval. Hij heeft het afgelopen jaar een paar technische problemen gehad door blessureleed en (te) weinig bowlen in County-cricket. Pace tegen het Nieuw-Zeelandse XI was er overduidelijk en zal van groot belang zijn tegen de Blackcaps.”

Over Vikramjit Singh die tot ieders verrassing keepte in de eerste warm-up: “We zijn al een tijdje op zoek naar een back-up wicketkeeper voor Scott Edwards, nu zowel Tobias Visee als Asad Zulfiqar niet beschikbaar zijn. Ik weet dat Vikramjit de vaardigheden heeft die van hem een stabiele back-up maken. We hebben met hem getraind en ik - als voormalig wicketkeeper – geloof dat Vikramjit een toekomst kan hebben als keeper.”

De serie tegen Nieuw-Zeeland begint met een T20I op vrijdag 25 maart in McLean Park in Napier vanaf 07:10 uur (Nederlandse tijd).

De ODI Super League Series met drie wedstrijden begint op dinsdag 29 maart in Bay Oval in Mount Maunganui, met wedstrijden nummer twee en drie beide in Seddon Park in Hamilton, op zaterdag 2 april en maandag 4 april.

Photo - PhotosportNZ